In Polder Wassenaar is de tweede fase gestart van het kringlooponderzoek naar de mogelijkheden om in één systeem zeewier, kokkels en garnalen te kweken; als voorbeeld voor alternatief landgebruik in laaggelegen verzilte kustgebieden. Hiervoor worden in de waterlopen (raceways) van de onderzoekslocatie de natuurlijke omstandigheden nagebootst door de inlaat van zout water vanuit de Waddenzee.

De officiële onderzoeksvraag luidt: Wat is de potentie van combinatieteelt van gebiedseigen soorten rond de Waddenzee in een tussendijks kustaquacultuur-systeem en hoe kan dit geoptimaliseerd worden? Onderzoekers van Wageningen Marine Research (WMR)  en ondernemers uit de visserijsector hebben hiervoor de handen ineengeslagen. Als het lukt om een blauwdruk te leveren voor een succesvolle kweekmethode van soorten die van nature in de Waddenzee leven, kan dat een doorbraak betekenen voor mariene aquacultuur in verzilte gebieden. Kustlanderijen die door verzilting ongeschikt raken voor traditionele landbouw kunnen dan worden ingezet voor zilte teelten.

Eerste onderzoeksjaar

Het onderzoek in Polder Wassenaar had de kick-off in maart 2022. Het eerste jaar stond vooral in het teken van voorproeven doen en de mogelijkheden van de proeflocatie ontdekken. De raceways werden in 2020 voor het laatst gebruikt en waren inmiddels behoorlijk verzoet. Een ander obstakel vormde het gebrek aan uitgangsmateriaal van vooral garnalen en kokkels. Het bleek lastig om ondermaatse garnalen in goede conditie aangeleverd te krijgen en er was afgelopen jaar weinig kokkelbroed beschikbaar voor in de raceways. Verder moest eerst worden uitgezocht welke soort zeewier geschikt zou zijn voor de proeven in de polder. De inzichten van het eerste jaar zijn verwerkt in het projectplan voor de tweede onderzoeksfase.

Aanpassen experimentopzet

Uit eerder onderzoek (Phillipart et al. 2020) bleek al dat kokkels zich kunnen ontwikkelen in de polder en dat een lage doorstroomsnelheid een positief effect had op de kokkelgroei, door de stimulatie van interne fytoplankton (alg: een voedselbron voor de kokkels) productie. Dit experiment werd echter uitgevoerd met lage kokkeldichtheden. Daarom ligt de focus van de tweede fase van het huidige project op de vertaalslag van deze kennis naar reële marktschaal en de interactie met de andere ingezette componenten (garnalen en zeewier) in het systeem.

Schoon schip

De raceways worden klaargemaakt voor
het nieuwe uitgangsmateriaal.

In de afgelopen weken werden de raceways weer opgeschoond en aangeharkt, zodat er nieuw uitgangsmateriaal in kan. De intentie is om in elke diepe raceway kokkels (300 per m2), zeewier (4 kg), en garnalen (25 per m2) uit te zetten, met tussen de raceways een variërend doorstromingsregime. Via een hevel wordt het zoute water uit de Waddenzee de raceways ingepompt en kan de werking van hoog- en laagwater worden nagebootst. De sluisjes bij de ingangen van de raceways worden op verschillende hoogtes gezet om zo te zorgen voor verschillende doorstromingen in de raceways. Uit eerdere testen bleek dat het zeewier Gracilaria verrucosa geschikt is voor kweek op de proeflocatie. Tot op heden is er  weinig bekend over de kweek van deze wiersoort in Nederland, maar WMR heeft al ervaring opgedaan met de groei/ontwikkeling van deze soort in andere projecten. Gracilaria wordt meestal niet direct gebruikt voor consumptie maar is wel interessant voor de Agar-Agar productie (een bind- en geleermiddel vergelijkbaar met gelatine). Voor de garnalen is gekozen voor de gewone/grijze garnaal, die in grote getallen voorkomt in de Noordzee. Het plan is om dit jaar de garnalen uit te zetten in de raceways met vergelijkbare dichtheid als in de natuur. Al met al kan er dit jaar onderzocht worden of combinatiekweek mogelijk is in het Polder Wassenaar-systeem en welke doorstroming daarbij optimaal is.

Samenwerking

Voor het tweede onderzoeksjaar paste hoofdonderzoeker en projectleider Reinier Nauta zijn onderzoeksteam aan. Het team van Wageningen Marine Research (WMR) wordt nu naast Nauta gevormd door Sander Glorius (gespecialiseerd in mosselbanken en bodemdieren), Martijn Keur (aquatisch ecoloog) en Enzo Kingma (benthos-onderzoeker). Met hulp van Kasper van Kraaij, beheerder van de onderzoekslocatie in Polder Wassenaar namens Stichting Zilte Zones, houden zij zich bezig met de bemonstering en monitoring van de ontwikkelingen in de raceways. Elke drie weken worden de kokkels en garnalen steekproefsgewijs gemeten (lengte van de garnalen en van de kokkels ook volume, vleescontent en biomassa) en wordt het zeewier vers gewogen. Eind 2023 vindt de eindmonitoring plaats, waarna de resultaten worden verwerkt en weer als uitgangspunt dienen voor het vervolgonderzoek in 2024.

Foto: Het consortium voor dit onderzoek bestaat uit de volgende projectpartners: Stichting Zilte Zones (exploitant Polder Wassenaar), Noordoogst Aquaponics (ontwikkelaar garnalenkweeksystemen), Meromar (verwatering en verhandelaar kokkels), SeaweedTech (ontwikkelaar zeewier kweeksysteem en leverancier uitgangsmateriaal), Wageningen Marine Research (onderzoek zeewieren, schaal-/schelpdieren en aquacultuur-concepten). Het onderzoek wordt financieel ondersteund door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, binnen de subsidieregeling Duurzame Visserij en Aquacultuur.